Elke docent een taaldocent

Taalgericht vakonderwijs invoeren, leesplezier bevorderen en taalachterstanden bestrijden. Dat zijn de drie pijlers van het taal-leesbeleid dat CSG Comenius Mariënburg in Leeuwarden in schooljaar 2023-2024 heeft ingezet. Docent Nederlands en taalcoördinator Carolien Barneveld en rector Cees Vogelvanger vertellen over de ambities en over de manier waarop de school daaraan werkt. Bekijk hier het opgemaakte portret.

De aanleiding om extra in te zetten op taal en lezen was tweeledig, vertelt Cees. “Allereerst zagen we dat leerlingen weinig lezen, minder taalvaardig worden en dat dit effect heeft op de leerprestaties. Daarnaast constateerde de inspectie in 2022 dat wij onvoldoende zicht hebben op de taalontwikkeling en op mogelijke taalachterstanden van onze leerlingen. Toen die twee dingen samenkwamen, besloten we om de komende jaren extra te investeren in ons taal-leesbeleid. Als eerste hebben we toen iemand aangesteld, de taalcoördinator, om deze kar te trekken. Het is belangrijk dat je daarvoor iemand kiest die inhoudelijk goed is ingevoerd op dit gebied en het belang inziet van een effectief taal-leesbeleid.”

Drie speerpunten

De school koos drie speerpunten voor het te ontwikkelen taal-leesbeleid: taalgericht vakonderwijs (TVO), leesbevordering en taalachterstandenbestrijding. Voor elke pijler is er een werkgroep gevormd. Docenten die deelnemen aan een werkgroep krijgen hier taakuren voor.

De werkgroep Taalachterstanden, die de opmerking van de inspectie moest oppakken, kon vrij snel aan de slag gaan, omdat hun opdracht in principe vrij eenvoudig is uit te voeren. “We besloten om de ontwikkeling van leerlingen te gaan volgen door cyclisch te werken met de dia-toetsen”, vertelt Cees. “We hebben de toetsen aangeschaft en de werkgroep zorgt ervoor dat die regelmatig worden afgenomen, dat de data worden geanalyseerd en dat op basis daarvan wordt vastgesteld welke leerlingen herstelonderwijs nodig hebben. Dat alles is vrij eenvoudig te organiseren, dus dit onderdeel hebben we vrij snel ingevoerd.”

Zichtbaarheid

De werkgroep Leesbevordering kreeg een meer omvattende opdracht: het leesplezier van leerlingen bevorderen en hen enthousiasmeren om meer te lezen. De werkgroep organiseert daartoe allerlei activiteiten. “Wat we heel belangrijk vinden is dat taal en boeken zichtbaar zijn in de school”, zegt Carolien. “We willen dat zowel leerlingen als collega’s veel met teksten en boeken in aanraking komen. Daarom hebben we een rijkgevulde, eigentijdse mediatheek en is er een professionele mediathecaris aangesteld. Zij zorgt voor een gevarieerde boekencollectie die up to date is, maakt deel uit van de werkgroep Leesbevordering, stimuleert leerlingen om te lezen en ondersteunt en adviseert docenten en secties bij de vormgeving van taalgericht vakonderwijs. De mediatheek werkt samen met landelijke leesorganisaties en we zijn partner van het Fries Leesoffensief.”

We willen dat zowel leerlingen als collega’s veel met teksten en boeken in aanraking komen

Ook op andere manieren is de aandacht voor taal en lezen zichtbaar in de school. Zo zijn er  thematafels, boekentrappen, een bookflixwand en poëzieposters. De werkgroep en de sectie Nederlands organiseren allerlei leesprojecten en -activiteiten, vertelt Carolien. “We nodigen bijvoorbeeld elk jaar schrijvers uit op school, er zijn boekpromoties in de klas, we hebben het boek van de maand, en er zijn leesclubs waar leerlingen onder begeleiding van een docent Nederlands samen een boek lezen. Daarnaast moeten onderbouwleerlingen altijd een leesboek in hun tas hebben, waar ze op ‘verloren momenten’, bijvoorbeeld als ze eerder klaar zijn met een taak of toets, kunnen gaan lezen. Ook doen we mee met landelijke initiatieven zoals De Inktaap en De Jonge Jury.”

Zo zorgen de werkgroep en de sectie Nederlands ervoor dat leerlingen én docenten op allerlei manieren in aanraking komen met boeken en worden gestimuleerd om te lezen. Ja, ook docenten, want omdat zij een voorbeeldfunctie hebben en leerlingen kunnen stimuleren om te lezen, zijn er ook activiteiten die zijn gericht op collega’s. “Voor de kerstvakantie en voor de zomervakantie geven we de collega’s altijd leestips mee. Het is belangrijk dat alle docenten zich bewust zijn van het belang van deze activiteiten, dat ze leerlingen stimuleren om te lezen en dat ze laten zien dat ze zelf ook plezier beleven aan lezen.”

Visie

De werkgroep Taalgericht vakonderwijs richt zich op het meest gecompliceerde onderdeel van het nieuwe taal-leesbeleid van de school. Opdracht van deze groep is te bewerkstelligen dat alle vakdocenten in hun lessen aandacht besteden aan (vak)taal. Of met andere woorden: dat elke docent (zich ervan bewust is dat hij) ook taaldocent is. Het belang van taalgericht vakonderwijs is tweeledig: leerlingen begrijpen het vakonderwijs beter én ze ontwikkelen hun taalvaardigheid.

“Bij de invoering van taalgericht vakonderwijs komt best veel kijken, omdat je hiervoor alle docenten nodig hebt en het gevolgen heeft voor de manier waarop zij lesgeven”, zegt Carolien. “Daarom zijn alle kernteams van onze school in deze werkgroep vertegenwoordigd. Dit is een proces dat meerdere jaren in beslag zal nemen. We hebben als werkgroep allereerst een duidelijk visie ontwikkeld en gedeeld, zodat iedereen weet en begrijpt waarom TVO belangrijk is en wat je ermee kunt bereiken.”

De visie is gebaseerd op drie uitgangspunten:

  • Omdat vaktaal verschilt van de taal die leerlingen in het dagelijks leven gebruiken, is het van belang om expliciet aandacht te besteden aan vaktaal.
  • Kennisontwikkeling en taalontwikkeling zijn met elkaar verweven, dus TVO is voor elke vakdocent relevant.
  • De vakdocent is de expert op het gebied van zijn vak. Hij/zij is bij uitstek degene die leerlingen vaktaal kan bijbrengen.

Rijke teksten

Nu de visie in de kernteams breed is gedeeld, staat het werken met rijke teksten op de agenda. Het is de bedoeling dat vakdocenten in hun lessen meer rijke teksten gaan gebruiken: authentieke teksten die jongeren aanspreken. Vaksecties is gevraagd om de teksten in hun eigen methodes kritisch te bekijken en te beoordelen, en deze zo nodig te vervangen door of aan te vullen met rijke teksten, bijvoorbeeld uit de krant, een (vak)tijdschrift of een andere bron. Ze kunnen hiervoor advies krijgen van de mediathecaris.

“We spreken docenten aan op hun eigen professionaliteit”, vertelt Carolien. “We schrijven bijvoorbeeld niet bepaalde methodieken voor, maar steken vooral in op motiveren en enthousiasmeren. We gaan ervan uit dat docenten aan de bel trekken als ze ondersteuning of advies nodig hebben. Wel is het essentieel dat docenten de visie onderschrijven en weten waarom het belangrijk is om aandacht te besteden aan taal en aan de slag te gaan met rijke teksten. Bewustwording en enthousiasmeren was ons eerste doel en ik denk dat we dat nu echt hebben bereikt. Ik zie dat collega’s steeds enthousiaster worden.”

Ik zie dat collega’s steeds enthousiaster worden

“Veel docenten hebben een haat-liefde verhouding met de methode”, voegt Cees toe. “Je ziet dan ook dat veel secties het heel leuk vinden om samen op zoek te gaan naar rijke teksten die actueel zijn en die dicht bij de leerlingen staan.”

Marathon

Het is nog te vroeg om ‘harde’ resultaten te kunnen benoemen, maar Cees en Carolien zien hoopvolle ontwikkelingen en hebben er alle vertrouwen in dat het taal-leesbeleid veel zal opleveren. “We hebben al veel bereikt”, vindt Cees. “Er zijn twee jaar consequent dia-toetsen afgenomen, taal is zeer zichtbaar in de school en taalgericht vakonderwijs staat goed in de steigers. Er haken steeds meer mensen aan en docenten gebruiken steeds meer rijke teksten. Ik weet zeker dat we volgend jaar weer een verdiepingsslag maken. Als je het levend houdt en gewoon doorgaat, kom je samen steeds verder. Het kost tijd, want taalgericht vakonderwijs invoeren is een veelomvattende innovatie. Dat is geen sprintje, maar een marathon.”

Daarom is het volgens Cees noodzakelijk dat de ontwikkeling goed is ingebed in het bredere beleid van de school en dat de schoolleiding het proces stuurt, ondersteunt en faciliteert. “Er moet samenhang zijn, en mensen moeten dat ook zo ervaren. We hebben dit ook in de schooldoelen opgenomen en het komt op verschillende niveaus terug; in de schoolleiding, de kernteams, de secties, maar ook bij lesbezoeken is taalgericht vakonderwijs bijvoorbeeld een aandachtspunt. Verder is het essentieel dat je een spin in het web aanstelt die deskundig is op dit gebied en die organisatorisch sterk is. Carolien is de schakel tussen de werkgroepen en de schoolleiding. Dat is een onmisbare functie.”

Het is ook noodzakelijk dat je activiteiten en ontwikkelingen steeds goed evalueert, voegt Carolien toe. “We merkten bijvoorbeeld dat er in de bovenbouw minder goed wordt gelezen dan in de onderbouw. Dus zijn we gaan kijken wat we kunnen doen om dat in de bovenbouw te verbeteren. De vakgroep Nederlands heeft dat opgepakt door in de lessen Nederlands in de bovenbouw klassikaal te gaan lezen. Zo moet je bij elke activiteit en elk project regelmatig goed kijken of het werkt en of je misschien iets moet aanpassen.”

 

Gerelateerde items